Maatregelen zijn versoepeld, coronabetekening door deurwaarder blijft (nog even) mogelijk

Vanaf 25 september 2021 is de richtlijn om 1,5 meter afstand te houden vervallen. Dat houdt ook in dat deurwaarders de coronabetekening meer en meer achter zich kunnen laten en dat het weer mogelijk wordt om aan de deur uitleg te geven over de rechten en plichten. Een belangrijke deel van het deurwaarderswerk kan weer worden uitgevoerd. De verzamelspoedwet van juli 2020 geeft aan dat voor de toepassing van artikel 47, eerste lid, derde volzin, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van een feitelijke onmogelijkheid om aan een van de in artikel 46, eerste lid, van dat wetboek bedoelde personen afschrift te laten, steeds sprake is zolang de richtlijnen van het RIVM voorschrijven dat personen afstand houden wegens besmettingsgevaar met COVID-19. Er is een besluit in voorbereiding dat regelt dat het tijdstip van verval van artikel 1 van de Verzamelspoedwet COVID-19 wordt vastgesteld op 1 december 2021. De belangrijkste reden voor verlenging is dat het wenselijk wordt geacht om de voorziening in de lucht te houden voor het geval er in het najaar weer beperkende maatregelen nodig zouden zijn. Als nu niet verlengd wordt, dan vervallen ze definitief en kunnen ze op een later moment pas weer na een spoedwet gerealiseerd worden. De spoedwet wordt dus naar verwachting verlengd en de richtlijn van het RIVM blijft leidend. De KBvG adviseert haar leden verder de volgende aanpassingen te doen:

  • Het coronarelaas vervangt u in uw exploten voor het reguliere 47-relaas
  • U zoekt bij de betekening contact, tenzij u dat gelet op specifieke omstandigheden onverantwoord acht
  • Hebt u contact gezocht maar geen contact gekregen, dan laat u het afschrift met het reguliere 47-relaas
  • Heb u geen contact gezocht, dan vult u het 47-relaas aan met de specifieke omstandigheden waarom u het onverantwoord vond om persoonlijk contact te zoeken.

U bent niet verplicht om uw werkproces op deze manier in te richten. Het draagt er wel aan bij dat het voor zowel rechter als justitiabele transparant is wat u hebt gedaan en waarom.

Voor belastingdeurwaarders geldt dus ook, dat persoonlijk contact altijd de voorkeur geniet, maar dat in bijzondere gevallen hiervan kan worden afgeweken.            (publicatie met dank aan de KBvG)